Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Toen zeide de koning tot de [29]wijzen, die de tijden verstonden [30](want alzo moest des konings zaak [31]geschieden, in de tegenwoordigheid van al degenen, die de wet en het recht wisten; 29. Dat is, die in de historien van de oude tijden en het beleid van zaken wel ervaren waren. Vergelijk 1 Kron.12:32. 30. Hij wil zeggen dat de koningen in Perzie in grootwichtige zaken niets deden dan met raad en goedvinden der vorsten van het rijk. 31. Dat is, beraadslaagd worden.